Geslaagde interactieve workshops participatie en Omgevingstafel

Geslaagde interactieve workshops participatie en Omgevingstafel

Voor de gemeente Hoeksche Waard gaven wij invulling aan een deel van hun medewerkersbijeenkomsten ‘Omgevingswet en ik’. Naast een korte terugblik op de masterclasses die wij eerder verzorgden voor de gemeente, gaf Hilke een workshop participatie en werkte Meryem als adviseur mee aan de workshop over de Omgevingstafel.

Foto door Arno Hoogwerf

Op 10 en 17 september vonden de medewerkersbijeenkomsten plaats met in totaal circa 100 deelnemende ambtenaren. Tijdens de plenaire opening van de bijeenkomsten gaven Meryem en Hilke een toelichting op de thema’s die aan bod kwamen in de masterclasses. De verschillende facetten van de Omgevingswet stipten we nog even kort aan, zoals annoteren, de bruidsschat en natuurlijk ook participatie.
In de middag stonden er twee workshops op het programma. Meryem was als adviseur betrokken bij de voorbereidingen van de workshop over de Omgevingstafel. Tijdens de middag beantwoordde zij vragen van de deelnemers, want die zijn er veel over deze grote verandering in wetgeving en werkwijze.

Foto door Arno Hoogwerf

Hilke gaf in de andere zaal een workshop participatie. Participatie is een belangrijk speerpunt van de Omgevingswet. Voor veel ambtenaren is dit relatief nieuw en daarom organiseerden wij een workshop waarin de basis voor goede participatie wordt toegelicht. We gaven een toelichting op hoe je participatie organiseert. Bepaal eerst voor wie en waarom je participatie organiseert, dan kan je daarna bepalen wat, waar en wanneer.

We lieten de deelnemers de verschillende vormen van participatie ervaren door middel van diverse rollenspellen. Wat werkt wel en wat juist niet. Wat zijn de valkuilen en welke tips kunnen we meegeven om te komen tot geslaagde participatie: participatie die een meerwaarde oplevert voor het proces. Precies zoals het in de Omgevingswet is bedoeld!

We ontvingen een hoop enthousiaste reacties op de workshops van de deelnemers.

Foto’s in dit artikel door Arno Hoogwerf.